Siddy Jobe behaalde het diploma van Master in Toegepaste Economische Wetenschappen aan de Universiteit van Antwerpen en van Master in Financieel Management aan de Vlerick Business School. Gepassioneerd door innovatie en ondernemerschap, nam hij ook deel aan een Executive Master in Venture Capital aan de Berkeley Haas School of Business. Voordat hij bij Econopolis kwam, leidde hij het Investor Relations & Treasury-departement van Orange Belgium, een beursgenoteerd telecombedrijf, gedurende 6 jaar. Siddy bekleedde ook de positie van Telecom, Media & Technology-analist bij Bank Degroof tussen 2005 en 2012. Verder is hij ook actief in de adviesraad van StartupVillage en The Beacon, een business- en innovatieknooppunt in Antwerpen dat zich richt op Internet of Things en Artificial Intelligence op het gebied van industrie, logistiek en slimme stad.
Technologiegiganten – Nu we naar mars gaan is groeien tot in de ruimte niet zo ambiteus.
Er is een oude wijsheid die zegt: “Een samenleving kan zich enkel ontwikkelen wanneer oude mensen bomen planten waarvan ze weten dat ze nooit in hun schaduw zullen zitten, maar met de wetenschap dat jongere generaties dat wel zullen doen.” De vergelijking met beleggen en in het bijzonder in technologiebedrijven is wat ons betreft heel toepasselijk: het grootste gedeelte van hun bedrijfswaarde ligt namelijk in de (verre) toekomst. daarom worden technologie-aandelen ook vaak groei-aandelen genoemd.
Zo om de 10-15 jaar gebeurt het, dat enkele bedrijven uit het hele technologie-bos zo groot worden dat ze hoog boven alles en iedereen uit toren, en dan krijgen we technologie-giganten. Hun wortels vragen enorm veel water en hun takken zijn zo wijdverspreid, dat ze een diepgaande impact op hun omgeving hebben. Tegelijkertijd, zorgen ze voor een heel nieuw ecosysteem, waarvan menigen hun voordeel kunnen doen. Het sleutelwoord in deze is uiteraard het vinden van een goed evenwicht. Toegegeven, het Sequoiabos (gigantische bomen) van 2020 is groter dan dat van vorige decennia. Nooit waren er zoveel giganten, en wogen ze zo zwaar.
Donderdagavond, kwamen vier van deze technologie-giganten – Amazon, Apple, Alphabet en Facebook- uitzonderlijk tegelijkertijd met hun bedrijfsresultaten voor het tweede kwartaal, een periode die uiteraard gekenmerkt is door de doortocht van het corana-virus en de daaropvolgende lockdown.
En het zal u niet verbazen dat u niet de enige online-shopper was zijn aankopen thuis liet deponeren. e-commerce was de voorbije maanden booming business, maar Amazon deed nog wat meer dan dat. Het bedrijf rapporteerde een omzetgroei van 40% tot 89 miljard dollar, dat in een kwartaal dat de wereldeconomie de laagste groei optekenden in 90 jaar. Niet enkel e-commerce was een hit voor het bedrijf. Ook de clouddiensten, die gegevensopslag en rekenkracht in de cloud leveren, zagen een grotere vraag omdat bedrijven in de pandemie massaal overstapten naar virtuele kantoren. Amazon was dus tweemaal winnaar van corona. Het is stuitend dat het personeel van Amazon tegelijkertijd bij de slechtst betaalden in de techsector zijn, en dat de arbeidsvoorwaarden zo laag zijn… Maar de beursprestatie van Amazon is dan tegelijkertijd even rationeel als immoreel…
De smartphone-gigant Apple leverde een prima set van resultaten af. Bij Apple is ook de eigen financiële hokuspokus (inkoop van eigen aandelen en schuldfinanciering die door de centrale banken gratis wordt gefinancierd) een bron van aandelenturbo. Opnieuw: het is rationeel, maar ook voor een stuk een uitwas van de wereldeconomie en de politiek van de centrale banken…
Mark Zuckerberg en Facebook hebben zich ook vlekkeloos doorheen het corona-kwartaal geworsteld. Het sociale netwerkbedrijf behaalde een omzet van 18,7 miljard dollar, een stijging van 11% jaar-op-jaar. Het bedrijf merkte op dat de advertentieboycot die recent is ingezet door enkele grote merken de omzet niet materieel beïnvloedt. Het Amerikaanse digitale “smoelenboek” heeft een rationele koers, maar er kunnen heel veel vragen gesteld worden over de ethische kant van “the Zuck”.
Tot slot, waren er de resultaten van Alphabet, de holding boven Google en YouTube. De zoek- en video streaminggigant versloeg weliswaar de verwachtingen van de analisten, maar rapporteerde wel voor het eerst in zijn hele geschiedenis een omzetdaling van 2% tot 37 miljard dollar.
Deze resultaten kwamen een dag nadat de CEO's van de vier grootste technologiebedrijven op de rooster werden gelegd door het Amerikaanse huis van afgevaardigen om na te gaan of de tech giganten de concurrentiewetgeving respecteren. De ondervraging bracht hen niet in moeilijkheden. De volksvertegenwoordiger, op enkele uitzonderingen na, hebben minder dossierkennis en minder gedrevenheid dan de CEO’s van Big Tech en hun advocaten. President Trump toeterde al dat hij ervoor zal zorgen dat Big Tech uiteindelijk zal moeten opbreken. We zijn het totaal niet eens met de stijl van Donald Trump, maar het opbreken van Big Tech had al veel langer moeten gebeuren, te beginnen met Microsoft rond de Millenniumwende (lees het boek Gigantisme voor meer details over wat er toen gebeurde!). Maar een opbreken zou niet nefast zijn voor de aandeelhouders. De som van de delen is vooral bij Google groter dan het geheel. Het is niet omdat een bedrijf wordt opgebroken, dat het aandeel waarde verliest.
Een andere relevante vraag is of de consument leidt onder hun dominantie, door bijvoorbeeld een stijging van de prijs. Snel blijkt dat de prijs van boeken bijna gehalveerd sinds Amazon gelanceerd is. Ook de prijs van digitale advertenties is de afgelopen tien jaar met meer dan 40% gedaald, terwijl de prijs van gedrukte advertenties gestegen is. Sociale media en onlineberichten diensten hebben ervoor gezorgd dat we geen 10 eurocent meer moeten betalen per SMS. Naast prijs, speelt ook het het netwerkeffect. Services worden waardevoller voor elke individuele gebruiker naarmate meer gebruikers lid worden van het netwerk. Besturingssystemen zoals iOS en Android moeten bijvoorbeeld geschikt zijn voor twee verschillende groepen: smartphonegebruikers en app-ontwikkelaars. Je kan de tech-giganten ook niet verwijten dat ze niet voldoende innoveren, gezien de miljarden die ze investeren in onderzoek en ontwikkeling. Wat wel gebeurt, is dat ze heel wat innovatieve bedrijven opkopen en in de frigo zetten. Teruggrijpend naar de vergelijkingen met de reuzebomen in het bos, ze ontnemen ook wel het water van heel wat kleine boompjes, die bovendien in de schaduw van de giganten minder snel kunnen groeien. Big Tech is dus rationeel gigantisch in de reële economie én de beurs. Moreel en sociaal is het evenwel allemaal niet zo mooi.