Fred Janssens behaalde een Master in de Toegepaste Economische Wetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel en een aanvullende Master of Finance aan de Antwerp Management School. Na stages bij o.a. een grote internationale instelling gespecialiseerd in asset custody en een onafhankelijke Belgische private bank, vervoegde Fred het Econopolis-team en bouwde hij mee de vermogens- en fondsbeheeractiviteiten uit. Vandaag is hij Partner & Head of Corporate Affairs en leidt hij de Risk & Compliance afdeling.
Nieuw Federaal Regeerakkoord: Welke impact voor u als investeerder?
Het nieuwe regeerakkoord onder leiding van Bart De Wever brengt enkele belangrijke veranderingen met zich mee voor beleggers – en niet allemaal prettige. In dit artikel bespreken we de aanpassingen die van invloed kunnen zijn op uw beleggingsportefeuille. We focussen op de versimplifiëring van de taks op beursverrichtingen (TOB), de jaarlijkse taks op effectenrekeningen, de aanpassingen voor beleggende vennootschappen via het DBI-stelsel en de nieuwe meerwaardebelasting op financiële instrumenten.
Aanpassing van de taks op beursverrichtingen
De taks op beurssverichtingen is een transactiebelasting die wordt berekend op aan- en verkopen in financiële instrumenten. Het gaat om een percentage van de totale prijs die wordt betaald of ontvangen op uitgevoerde orders. Voor obligaties geldt het huidige tarief 0,12%, voor aandelen is het percentage 0,35% en voor beleggingsfondsen 1,32% (enkel bij verkoop en indien het een kapitaliserend fonds betreft).
De taks op de beursverrichtingen zal worden gemoderniseerd en vereenvoudigd, zo stelt het regeerakkoord. Verwacht wordt dat de nieuwe Minister van Financiën, Jan Jambon, met een voorstel zal komen om het percentage tussen de verschillende categorieën van financiële instrumenten te harmoniseren. Vandaag bestaat de TOB namelijk uit een mengelmoes aan verschillende belastingstarieven en uitzonderingen tussen beleggingsinstrumenten. TOB wordt aan de bron ingehouden door uw Belgische depotbank en werkt bevrijdend. U hoeft deze dus niet zelf nog eens aan te geven in uw belastingaangifte.
Jaarlijkse taks op effectenrekeningen
Het nieuwe regeerakkoord voorziet ook in een analyse van de jaarlijkse taks op effectenrekeningen. De regering zal onderzoeken hoe ontwijking van deze taks kan worden aangepakt, zoals eerder al door het Rekenhof werd aanbevolen. Het Rekenhof stelde in een rapport van enkele maanden geleden dat beleggers teveel hun weg naar achterpoortjes vonden om de taks te ontwijken. De meest bekende zijn de omzetting van gedematerialiseerde effecten naar effecten op naam - die buiten de taks vallen om familiebedrijven te beschermen - en de spreiding over meerdere effectenrekeningen heen om onder de belastbare drempel van 1 miljoen euro te blijven. Ook de creatie van nulwaarden, waarbij effecten vlak voor het referentietijdstip worden verkocht, is een vaak gebruikte methode, aldus het Rekenhof.
Aanpassingen voor beleggende vennootschappen: DBI
Voor beleggende vennootschappen zijn er enkele belangrijke wijzigingen in het DBI-stelsel (Definitief Belaste Inkomsten). Dit stelsel bepaalt dat winstuitkeringen van dochtervennootschappen aan het moederbedrijf vrij zijn van belasting als ze al aan de bron werden belast. Om de DBI-aftrek toe te passen moet aan de volgende drie voorwaarden voldaan zijn:
- De aandelen zijn door de moedervennootschap minstens één jaar ononderbroken in eigendom (permanentievoorwaarde);
- De dochtervennootschap wordt op haar winst belast in een normaal belastingregime (taxatievoorwaarde);
- De moedervennootschap bezit minstens 10% van de aandelen in de dochtervennootschapvennootschap of het investeringsbedrag bedraagt minstens 2.500.000 euro (participatievoorwaarde).
De participatievoorwaarde van 10% blijft ongewijzigd, maar de drempel van €2,5 miljoen wordt opgetrokken naar €4 miljoen. Deze verstrenging is echter niet van toepassing op kleine en middelgrote ondernemingen. Wel werd er een bijkomende voorwaarde toegevoegd: de deelneming moet de aard van financieel vast actief hebben. Dat betekent dat de moederonderneming een duurzame band beoogt met de dochteronderneming waarin ze investeert, en ze niet als een belegging mag beschouwen.
Verder komt er een heffing van 5% op de meerwaarde bij uitstap uit DBI-beveks. Dit betekent dat beleggende vennootschappen rekening moeten houden met een extra belasting bij het realiseren van meerwaarden op hun DBI-beleggingen.. Een afschaffing van de DBI-beveks is dus niet aan de orde. Dit maakt dat er nog steeds op een fiscaal interessante manier belegd kan worden binnen de vennootschap.
Nieuw: de ‘solidariteitsbijdrage’
Één van de meest opvallende wijzigingen is de invoering van een algemene ‘solidariteitsbijdrage’ (lees: meerwaardebelasting) van 10% op de toekomstige gerealiseerde meerwaarde van financiële activa, inclusief crypto-activa. Historische meerwaarden worden vrijgesteld, en er wordt voorzien in een aftrekbaarheid van minderwaarden binnen het jaar, zonder overdraagbaarheid. Er is een voetvrijstelling van €10.000 om kleine beleggers te ontzien, en bij een aanmerkelijk belang van minimaal 20% is er altijd €1 miljoen vrijgesteld. In dat geval, wordt de meerwaarde tussen €1 miljoen en €2.5 miljoen belast aan 1.25%, de meerwaarde tussen 2.5 en 5 miljoen aan 2.5% en de meerwaarde tussen 5 en 10 miljoen aan 5%. Boven de €10 miljoen zal men belast worden aan 10%. Voor de berekening van de meerwaarde zal een ‘nulpunt’ worden gecreëerd. Hierdoor worden historische meerwaarde ontzien. Aangezien er pas inkomsten voor de overheid worden meegenomen in de begrotingstabellen vanaf 2026, lijkt het waarschijnlijk dat de invoering van het nulpunt niet meer voor 2025 zal zijn.
Ook hier zal men moeten afwachten hoe de uitwerking van deze belasting er zal uitzien. Verwacht wordt dat de solidariteitsbijdrage op dematerialiseerde effecten die deel uitmaken van een effectenportefeuille door de depotbank zal ingehouden worden.
Uw partner in een veranderend fiscaal landschap
De nieuwe fiscale maatregelen brengen heel wat veranderingen met zich mee voor beleggers en vennootschappen. Onze wealth managers volgen deze evoluties op de voet en staan klaar om u te begeleiden. Of het nu gaat om de impact van de meerwaardebelasting, de aanpassingen aan het DBI-stelsel of de harmonisatie van de taks op beursverrichtingen, wij helpen u graag bij uw keuzes en vragen om een persoonlijke beleggingsportefeuille te bouwen die aansluit bij uw financiële doelen.
Aarzel niet om contact op te nemen met uw adviseur voor een persoonlijk gesprek over wat deze hervormingen concreet voor u betekenen.